George Orwell op Noordzee: NIOZ/WUR herschrijven geschiedenis…

Wageningen UR (toenmalig Imares) en NIOZ vervalsen met het Compendium voor de Leefomgeving de ecologische geschiedenis van de Noordzee. Zo passen ze de ecologie aan bij de heersende ‘climate change‘- mode, beleidswensen.

Zo poetsen ze de bij NIOZ bekende eutrofiering-invloed weg op primaire productie en groei hoger in de voedselketen (bv schelpdieren en vis-soorten) in de kustzone .

Voor die selectieve voorlichting zijn duidelijk aanwijsbare financiële belangen. Waddenfonds-gelden voor ‘natuurherstel’ en beleidsbelang van de overheid: zoals wapperen met succesvol visserijbeleid en de voorbereiding op de volledige discardban, de aanlandplicht voor ondermaatse schol waartegen visserij-actiegroep EMK protesteert.

De pulsvisserij

‘De Vis is steeds jonger’
Er ontstaat een scheef en vals beeld in de literatuur, omdat 1 kant van onderzoek- de groenige milieukant (‘mens is slecht, natuur is goed’)- wel en de andere kant (cultuur en natuur vullen elkaar aan) geen geld krijgt. Dat zie je terug bij overheids-voorlichting over de Noordzee. Bijzaken worden als hoofdzaak voorgespiegeld, hoofdzaken weggemoffeld, fundamentele biologische mechanismen ontkennen ze zelfs in relatie tot visstand en groei.

Belangrijke ecologische drijvers die nu ondergeschoffeld raken zijn predatie en de gekelderde primaire productie (plankton-groei in voorjaar en zomer). Die plankton-productie keldert door een scheefgetrokken Redfield Ratio (Fosfaat:Stikstof-verhouding, idealiter 1:18, maar nu op sommige plaatsen 1:100) En die scheve verhouding is het gevolg van milieubeleid, dat fosfaat beter verwijdert dan stikstof.

Een voorbeeld: Zie het verhaal dat het Planbureau voor de Leefomgeving hieronder verkoopt aan het publiek, de beleids-verkoper van de overheid over natuur en milieu. Het PBL is betaald door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.

De gewekte suggestie is dat door overbevissing de vis steeds kleiner is en jonger, hier presenteren ze die bewering in de context van ‘gij zult geen vlees eten voor het klimaat’:

‘De Vis die we in de Noordzee vangen is steeds jonger en dus kleiner’- het omkeren van waarneming

Op zijn best is dat het halve verhaal, en precies de helft die de overheid/milieuclubs met haar beleid van pas komt.

Terwijl je bij publieksvoorlichting het hele verhaal mag verwachten. Ter verantwoording verwijst Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) naar het Compendium voor de Leefomgeving (2012)dat ze met CBS en Wageningen UR samenstellen.

Vary the baseline and see if the conclusion is robust….Hoe was het voor 1970?

Hoe was het VOOR 1970?
We herkennen hier een typische baseline-truc, volgens de Wildawsky-methode, kenmerk van slechte wetenschap: varieer de baseline (het referentie-jaar) en zie of de conclusie dan nog het zelfde is..

Een daling vanaf 1970 laten zien, maar niet de stijging in de groei van schol daarvoor vanaf 1950….Pas in de jaren ’80 ging de Engelse vloot een beetje mee plat-vissen, maar de schol was voor 2/3de prooi van de Nederlandse visserij.

Dus de visserij van de Rijn-delta, waar alle nutriënten vanaf de jaren ’60 tot de jaren ’80 in overvloed in zee stroomden. Om vervolgens na milieubeleid afgeknepen te worden.

Je moet wel onderscheid maken tussen GROEI-snelheid en Grootte. Toch is er natuurlijk een duidelijke relatie: als vis sneller groeit, is de kans ook groter dat ze groter worden voor ze in een Urker of Texeler net belanden. En: als er 10 maal minder zeehonden zijn, is de kans op overleving van grote exemplaren ook groter.

Ook lijkt het vervolgens sterk of ze alleen de politiek gewenste verklaringen willen onderzoeken die binnen de beleids-kaders van de overheid passen, (‘overbevissing’, ‘klimaatverandering’), omdat ze daar WEL onderzoeksgeld voor krijgen.

Zie de 3 genoemde verklaringen, terwijl er vele meer waarschijnlijke zijn, die veel directer invloed hebben via voedsel en predatie:

Waar zijn predatie, dichtheids-afhankelijke groei en nutrienten gebleven?

Het Klimaat er met de haren bij, op basis van 2 jaren
Dat vis onder hoge visserijdruk kleiner blijft is overigens (bio)logisch. Bij hoge menselijke predatie heeft het geen zin om in lichaamsgrootte te investeren (trade-offs). Dat is evolutie, aanpassing. Toch hoeft dat niet zo te werken, als de energie-toevoer voor de vis via voedsel maar groot genoeg is. Dus lichaamsgrootte hangt nog af van

  • voedselhoeveelheid.
  • dichtheids-afhankelijke effecten, concurrentie onderling

Dan nog: als door grote voedselbeschikbaarheid je groei-snelheid hoog ligt, is ook de kans op meer grote exemplaren groter.

Opvallend is vooral de dunne basis van het klimaatverhaal dat ze nu steeds ventileren. Daarmee koppelen ze de verschuiving van hogere jaarklassen schol naar buiten de kustzone (dus naar dieper water) dan aan ‘de klimaatverandering’

  • Een model-studie in Global Change Biology van een Wageningen UR-stagaire op basis van een vergelijking van 2 jaren, 1 met hoge en 1 met lage temperaturen. En dan weten ze het al bij Imares/NIOZ. ‘Het is het klimaat!’ En we laten alle andere factoren maar weg:

Milieuglobalisme-krantje

…even 2 modelletjes combineren en 2 jaartjes vergelijken en het gewenste resultaat is behaald. Wanneer je op evidente andere oorzaken (van minder schol/vis in de kustzone en kleinere schol) als zeehond-predatie en nutriënten wijst, dan buitelen ze bij het NIOZ over elkaar heen om te roepen hoe ‘complex’ alles wel is in dat ‘systeem’.

Maar moet je het klimaat er met de haren bijslepen, dan is een model-artefact op basis van 2 jaren vergelijken plots voldoende om de hele verhaallijn ‘klimaatopwarming verjaagt schol’ te rechtvaardigen:

blabla

Persberichtje er bij: het is opgelost, schol vlucht naar koud water en tong handhaaft zich bij ‘climate change’

‘Offshore Shift’
In eerdere bespreking van visserij-data in Waddenzee en NZ-kustzone liet ik al zien; de kraamkamer-functie van de kustzone bestaat nog wel. De nul-jarigen en 1tjes zitten er nog wel, maar hogere jaarklassen zijn in de trawl-survey die Imares/Wageningen UR jaarlijks in september houdt minder te zien. Dat noemen ze een ‘Offshore Shift’.

Terwijl Duitse surveys in JULI tonen dat er geen sprake van afname is. Dus de maand waarin je een survey doet is ook van belang.

Die dunne data-basis van Imares (een paar trekjes in september) is dan de bodem onder het geschreeuw van milieuclubs en hun linkse politici over ‘de vistand’ die achteruit gaat. En het daarop volgende gehengel naar Waddenfonds-geld (Swimways) Ook de Waddenonderzoeks-industrie loopt zo mooi binnen. Want dan kunnen ze roepen ‘er is meer geld nodig voor monitoring’.

– Maar wat heb je aan goede metingen, als je van bestaande data al geen kennis wilt nemen, omdat het niet in je straatje past…

Het vissen gaat ’s nachts gewoon door

Terwijl Adriaan Rijnsdorp als vierde auteur van die model-studie dondersgoed weet dat je op zo’n dunne basis niet zulke conclusies kunt trekken. Zie ook deze studie uit 1992 in het Netherlands Journal of Sea Research:

Such a temperature effect on the weight exponent indicates that small juvenile fish eat more and grow faster at higher temperatures than do large older fish, and that large fish do better at low temperatures.

Temperatuur-effecten hoeven niets met ‘kleimut tsjeensj’ te maken te hebben, wel met aloude mechanismen. Dat grotere schol naar dieper water trekt, dat deden ze ook al VOOR de temperatuursprong van 1988. Dus dat enkel ‘het klimaat’ de kraamkamer-functie zou aantasten lijkt dubieus, grote vis groeit iets langzamer bij hogere temperaturen. Die leven ook in dieper (en dus koeler) water.

Daarnaast: als de verhalen van Wageningen UR waar zijn, dat er ‘recordhoeveelheden’ schol in de Noordzee zwemmen: dan krijg je dichtheid-afhankelijke effecten op groei en grootte. Sterker concurrentie om voedsel.

Tussen de regels door lees je dat Rijnsdorp het best weet, maar hij moet nu het ‘succes’ van beleid verkopen

Beleids-succes bejubelen
In zijn boek Schol in de Noordzee moffelt Rijnsdorp de studies die hij kent over andere groei-factoren- zoals nutriënten- weg (ze staan wel in het noten-apparaat maar heel verdekt opgesteld), en bejubelt hij volledig het succesvolle beleid van de overheid, aka zichzelf en Wageningen UR.

Bij presentaties noemt hij niets over nutriënten, dat komt Wageningen UR  (volledig op de payroll van beleids-bureaucratie, vooral windturbines en offshore-eilanden) niet uit.

De sanering van de vloot zou nu tot ‘recordschol’ leiden Terwijl de Nederlandse visserijvloot momenteel maar 33 procent van het schol-quotum uitputte. En we zitten op 1 augustus al over de helft van het jaar. En vorig jaar vingen ze ook maar 70 procent van het toegekende quotum.

Zoals Dolf Boddeke al opmerkte bestaat die record-hoeveelheid schol niet. Want daar is niet genoeg voedsel voor, omdat er te weinig voedingsstoffen het kustwater in komen, vergeleken met top-jaren ’70-’80.

Wat VIsned de ‘Verminderde Vangbaarheid’ noemt is volgens visserijbioloog Dolf Boddeke een eufemisme voor ‘het zit er niet’. Het kan ook- zo stellen andere vissers- dat de platvis zich aanpast bij de relatief nieuwe predatie-methode van puls-visserij. Dat de schol beter leert ontkomen aan vissen met stroom-stootjes. Vis is ook niet stupide.

Voor de verklaring van Boddeke pleit het meeste onderzoek uit de jaren ’80 en ’90 waar Rijnsdorp aan werkte. Want zie Rijnsdorp zijn eerdere onderzoek, waarbij nutrienten-toevoer en voedsel-toename (kortlevende schelpdieren) dankzij bodemberoering door visserij nog de groeisnelheid van schol hielpen :

Kijk je niet tot 1970 maar 1950, dan is het resultaat plots anders

En dan zien we in FIGUUR 4 van de studie, dat niet alleen de kleinere exemplaren (<25 cm) maar ook de grotere jongens beter groeien:

ICES Journal of Marine Science, 53: 1199–1213. 1996 tabel 4: tot in de jaren ’90 groeit ook grote schol sneller, de 20-25 cm-klasse toont halverwege jaren ’80 alweer een daling

Klimaatopwarming pas na 1988
Tot 1988 was er geen sprake van temperatuurstijging in de Nederlandse Noordzee. Pas toen kwam een ‘klimaatsprong’ in de Noordwest Europese temperatuur. Dus als groei zo zou correleren met temperatuur: hoe verklaar je dan de enorme toename in groeisnelheid vanaf 1950 die tot de jaren ’90 aanhield, bij een ge-explodeerde visserijdruk?

De visserijdruk volgde de groei van de schol.

Als je wel een sterke groei-toename met nutriënten EN een positieve invloed van bodemberoering door visserij kunt verklaren: dan kun je een groei-afname ook (deels) met nutriënten verklaren…

Die verklaring staat dan sterker dan temperatuur-effecten, die veel complexer in elkaar steken dan de relatie met voedingstoffen. Veel vreten is hard groeien. Maar als het 35 graden in de schaduw is, dan eet je een kleinere portie spare-ribs dan wanneer het 10 graden koeler is.

Bij meer beschikbaar voer (schelpdieren, wormen) groeit schol sneller, en worden ze ook groter. Kijk maar hoe sinds het afknijpen van fosfaat ook de primaire productie in de kustzone kelderde, gemeten in chlorofyl-gehalte:

….

En zie ook hier de PERFECTE correlatie bij bestaande RELATIE met de afname van nutriënten:

….

..waar ook perfecte relatie bestaat met het voedsel van schol, namelijk schelpdieren met plankton dat ze filteren.

Er is dus geen wetenschappelijke reden deze overduidelijke in de literatuur vastgelegde ‘nutrienten/voedsel’- verklaring weg te moffelen. Wel is er een behoefte bij de financier van al dit onderzoek: De Staat en haar beleids-bureaucratie, die aan macht wint bij het academisch inkleden van haar beleid. Er is domweg geen politiek en financieel belang bij waarheid, wel bij het wegmoffelen daarvan.

En bij NIOZ/Wageningen UR geldt; u vraagt, wij draaien.

Betrouwbaarheid wetenschap onder druk
De betrouwbaarheid van wetenschap staat al jaren sterk onder druk, zo waarschuwde The Lancet in 2015. Daar sprak ik Lex Bouter nog over van het Research Integrity Network, zie mijn bericht HIER. Je krijgt steeds vaker te zien, dat het beeld van de natuur bepaald wordt door de belangen van ecologen en hun financiers: dat Wageningen UR meer een stel beleids-prostituees levert die een academisch randje leveren aan gevestigd belang.

Zie ook hoe hoogleraar Mariene Ecologie Han Lindeboom tegelijk bestuurder is bij We@Sea, de windmolenaar-belangenclub op zee.

Rare beesten zijn het eigenlijk: de tong is overigens lekkerder om op te eten

En plots hoor je dan verhalen uit Wageninger burelen over hoe soortenrijk de natuur in windfarms zou zijn. Al weten ze uit beschikbare studies (bv Rockmann 2012) dat geen verschil waarneembaar is (ja, je vindt natuurlijk wat rif-organismen op de pilaren van windturbines). Niettemin zie je dan van milieuclubs als WNF en verwante instituten plots geroep, dat oesterbanken in windfarms moeten komen. Om de industrialisatie van de Noordzee groen te wassen.

Wat ze WILLEN onderzoeken omdat ze daar van de overheid geld voor krijgen, krijgt alle aandacht.

Zo kunnen dan ondergeschikte factoren (temperatuur) op een voetstuk komen, terwijl door beleidsmakers ongewenste effecten (negatief gevolg milieubeleid, toename zeehondpredatie) worden weg-gemoffeld. Zo krijg je dan George Orwell op de Noordzee, de natuurlijke historie van de zee wordt naar beleidsmode herschreven om politiek te dienen.

Goh, dus toch? Hahaha

Binnenkort brengt het NIOZ met Wageningen UR ook een studie naar buiten, die de invloed van zeehondpredatie moet bagatelliseren. Terwijl ze bij ongepubliceerd werk moeten toegeven dat zeehonden wel 40-60 procent van de visbiomassa op het Wad soldaat kunnen maken.

Waarom zou de zeehond niet even goed op grootte selecteren?

Verlies van beschaving
Ondertussen lijkt het er vooral op dat Wageningen UR haar onderzoek steeds minder betrouwbaar is, omdat het geen wetenschappers zijn maar beleids-prostituees. Waarheid is waarmee je weg komt. Kun je de bestand-schattingen van Wageningen UR nog wel vertrouwen die ze aan ICES doorgeven? Bluf over ‘record’-schol sluit ook net iets te goed aan bij 2 beleids-behoeften:

  • laten zien hoe succesvol peperduur saneringsbeleid was, waarbij voor meer dan 60 miljoen euro gemeenschapsgeld viskotters werden uitgekocht
  • voorbereiden op de aanlandplicht: dat je wel degelijk grote hoeveelheden vis aan wal kunt vernietigen, omdat er op papier zoveel schol zou zijn.

Ook de visserij-organisaties Visned en Vissersbond gaan hier bepaald niet vrijuit.

Terwijl- als de eutrofierings-theorie van Boddeke en Hagel klopt- er voor al die ‘recordschol’ domweg geen voedsel is. Dus zit die er niet, en is het moderne ecosysteem qua voeding weer op het niveau van de schol- en nutrient-armere jaren ’50.

  • Conclusie: je krijgt in de literatuur en bij overheids-voorlichting dus niet ‘de waarheid’ te zien, maar datgene waar de beleidsbureaucratie voor betaalt, en wat de academische modes en taboes zijn. 
  • Die trend is een gevolg van algeheel verlies aan beschaving in Nederland, we lijken steeds meer bananenrepubliek, ook qua openbaar bestuur
  • Bewijs van mijn ongelijk is zeer, zeer welkom. 

3 Replies to “George Orwell op Noordzee: NIOZ/WUR herschrijven geschiedenis…”

  1. Plausibel, maar het feit dat door de idiote EU-regel bijvangst niet terug in de zee mag, zal ongetwijfeld ook een oorzaak zijn.

    1. Die aanlandplicht gaat zeker meespelen, maar bv pas vanaf 2016,

      Overigens is er natuurlijk een sterk verband tussen de ernst van zo’n aanlandplicht en de grootte van vis. Hoe meer kleine vis in je net, hoe meer ‘discards’ je moet aanlanden

Laat een reactie achter aan Jeroen Verhoeven Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *