Thomas: ‘…Ik zal geenszins geloven’…’ (Johannes 20)

Voor het eerst sinds 1125 geen Paasviering in de Bonifatiuskerk van Oldeberkoop

Op de zondag geen profane boodschappen uit De Abdij, uw studiecentrum voor Natuurlijke Historie. Op de eerste Pasen zonder Paasvieringen sinds de vestiging van het christendom in de Lage Landen, lezen wij over de Ongelovige Thomas in Johannes 20. 

Het jaar NUL, Anno Domini met Jezus geboorte als beginpunt ontstond na 725, om onenigheid tussen kerkgeleerden te beslechten over de datering van de Paasviering, het feest van Wedergeboorte in de maand waarop heidenen ‘Eostre’ eerden.

De Evangelisten als Johannes en Lucas getuigen dat Jezus daadwerkelijk uit de doden opstond op Paaszondag. Zoals Johannes stelt ‘en deze dingen geschreven heeft, en wij weten dat zijn getuigenis waarachtig is’… De vraag toen was even actueel als nu: Hoe weet je nu wat waar is, wie kun je vertrouwen?

Waarom moet de kerk zelfs met Pasen dicht maar mogen supermarkten open?

Gelovige Thomas van Aquino

Thomas van Aquino ontwierp Godsbewijs met Oerknal
De Voorzienigheid gaf de katholieke monnik die het ‘Godsbewijs’ zou samenstellen (‘De Eerste Beweger’, de ‘gever’ van eigenschappen) in de 13de eeuw, Thomas van Aquino de zelfde naam als de sceptische discipel van Jezus. Die ‘ongelovige Thomas’ is net als ondergetekende van ‘eerst zien/ervaren, dan geloven’.

Je wilt bewijs zien, en neemt niet zomaar iets van de natte krant of de televisie aan. Een goede eigenschap, die dus al 2000 jaar in de christelijke traditie verankerd zit. Hoe weet je of iets betrouwbaar is?

De vier Evangelisten die de Opstanding beschrijven van Jezus Christus op Paaszondag, die getuigen allemaal voor een sceptisch publiek. Ze doen allen hun best om te onderstrepen dat zij betrouwbaar getuigenis geven.

Het gebeurt natuurlijk ook niet iedere dag, dat iemand uit zijn graf opstaat. Mensen toen zouden zo’n gebeurtenis even onwaarschijnlijk achten als wij nu.

Een lege kerk op Pasen, voor het eerst sinds vestiging van het Christendom rond 800

Mensen toen even sceptisch als wij nu
Dus de Bijbelschrijvers doen hun best om aan te geven dat de boodschapper niet zomaar de eerste de beste Gekke Gerrit is. Daarom eindigt de evangelist Johannes ook de 1 na laatste alinea met het volgende citaat op Johannes 21:24

Deze is de discipel die van deze dingen getuigt en deze dingen geschreven heeft, en wij weten dat zijn getuigenis waarachtig is.

In Johannes 19-35 lees je die onderstreping ook al.

En die het gezien heeft, die heeft het getuigd, en zijne getuigenis is waarachtig.

We spelden je geen onzin op de mouw, zo zegt Johannes.

De antieke Statenbijbel, voortaan Iedere Zondag

Die bevestiging volgt op de passage over Jezus zijn kruisiging, waarin Zijn zijde met de speer van Longinus (‘een der krijgsknechten’) doorboord wordt. Zodat er ‘bloed en water’ uitkomt. Daarom heet die plaats bij de rugwervels nog ‘het heilig been’. Maar zijn beenderen worden niet gebroken, zodat Jezus als gezalfde (‘messias’) voldoet aan de beschrijving uit Psalm 34:21

Hij bewaart alle zijne beenderen, niet 1 zal er worden gebroken.

Machtige zadeldak uit 1125, de Bonifatiuskerk van Oldeberkoop

‘Een hovenier’?
Vervolgens neemt Jozef van Arimathea (die in de Graal-traditie het bloed van Jezus in een kelk zou opvangen)met toestemming van Pilatus het lichaam van Jezus van het kruis, ‘bonden dat in linnen doeken met de specerijen, gelijk de Joden de gewoonte hebben van begraven.’ Ze leggen hem op Goede Vrijdag dan in een nieuw graf in een nabije hof.

En dan begint Johannes 20, ‘op den eersten dag der week ging Maria Magdalena vroeg, als het nog duister was, en zag den steen van het graf weggenomen.’

Ze haalt Petrus en de andere discipelen op, vinden het graf leeg en de doodskleden netjes opgevouwen. Die snappen er ook niks van, want ‘zij wisten nog de Schrift niet, dat hij van de dooden moest opstaan.’ Als de twee Maria’s dan terugkeren tot het graf om Jezus te bewenen, komen de mannen in lichte klederen die hen bijpraten over wat Jezus heeft gedaan: uit de doden opstaan.

Draait Maria van Magdala zich vervolgens in de tuin om buiten het graf, dan ziet ze een man staan die ze met ‘een hovenier’ verwart, tot deze Maria aanspreekt. Dan herkennen zij Jezus

Een ‘Koop’ door kolonisten van de bisschop = Oldeberkoop

In het Evangelie van Lucas staan er ‘twee mannen’ in ‘blinkende klederen’ voor het graf, als Maria Magdalena met de moeder van Jezus verschijnt. Die geven wat meer informatie in Lucas 24, 6-7, dan Johannes doet:

De Zoon des menschen moet overgeleverd worden in de handen der zondige menschen, en gekruisigd worden, en ten derde dage wederopstaan.

De ‘Ongelovige Thomas’ uit Johannes ontbreekt in Lucas. Die laat de discipelen met Petrus voor ‘ongelovigen’ spelen, wanneer de beide Maria’s ze hun belevenis getuigen:

‘en hare woorden schenen voor hen als ijdel geklap, en zij geloofden haar niet’.

En dus gaat Petrus zelf op inspectie uit, om het verslag van de beide Maria’s te bevestigen.

Voorjaar, de beuken openen de blaadjes

Ongelovige Thomas
In het Evangelie van Johannes, komt Jezus dan zelf maar met de deur in huis vallen bij elf discipelen minus Thomas, ‘als het avond was geworden op dien eersten dag van den week’. Die elf zitten samen te schuilen voor de Joden ‘met deuren gesloten’. Jezus zegt dan ‘Vrede zij Ulieden’. Waarna de discipelen ‘verblijd worden als zij den Heere zagen’.

Dan doet hij ze de Heilige Geest ontvangen, wat de geboorte is van de kerk, dus het jaar 33. Want Jezus geeft de discipelen de gave om zonden te vergeven of te houden. Dan mis je dus net het beste moment, als Thomas zijnde, zo verhaalt Johannes 20:24-27, want hij gelooft de 11 discipelen niet.

Vervolgensvolgt de beroemde passage:

Indien ik in zijne handen niet zie het teeken der nagelen, en mijnen vinger steek in het teeken der nagelen, en steek mijne hand in zijne zijde, ik zal geenszins gelooven.’

Dus acht dagen later komt Jezus nog eens terug, nu met Thomas er bij. En die mag dan de vingers in de stigmata (kruiswonden) van zijn handen steken, en de hand in zijn door de speer doorboorde zij:

Daarna zeide hij tot Thomas: Breng uwen vinger hier, en zie mijne handen, en breng uwe hand en steek ze in mijne zijde, en wees niet ongeloovig maar gelovig. En Thomas antwoordde en zeide tot hem: Mijn Heere en mijn God!

Monnik Dionysius Exiguus (+544) bedacht ‘Anno Domini’

Anno Domini ontstaat door debat over datering Pasen in kerkelijke kalender
Het Paasfeest als christelijk feest bepaalt sinds het Concilie van Nicea in 325 dat de rustdag op Zondag ligt. Dat het niet met het Joodse Pascha en hun rustdag op zaterdag zou samenvallen. Dus zo werd zondag het begin van de week, waarop de Evangelisten de opstandings-gebeurtenis plaatsen.

Pasen is het belangrijkste christelijke feest, dus moet je voor de kerkelijke kalender jaren te voren kunnen vaststellen wanneer Pasen valt. Die datering van Pasen in het voorjaar leverde nog lange debatten op bij de vroeg-christelijke kerk.

Normaliter valt Paaszondag twee weken na de eerste volle maan volgend op 21 maart. Maar dan moet je dus wel die maanstanden op voorhand kunnen dateren, wil je een langjarige kerkelijke kalender samenstellen.

De Roemeens-Bulgaarse monnik Dionysius Exiguus (470-544) zou daartoe het jaar NUL, Anno Domini invoeren, dus Jezus geboortejaar als ijkpunt voor tijdrekening van de kerkelijke kalender. Zo kon hij dan voor 95 opvolgende jaren de datum van Pasen bepalen. Die rekening noemde hij de ‘Computus’, precies, net als ‘computer’.

Die Computus zou de basis worden voor een later kerkelijk standaardwerk, dat zijn benadering populariseerde in het Westerse christendom.

11-de eeuws handschrift ‘The Reckoning of Time’, hoe je tot 10.000 kunt tellen met handgebaren, uit de British Library

Door Angel Saksen (en Franken) gekerstend rond 800
De Angel-Saksische abt Bede van Northumbria (waar York ligt) zou met zijn De Ratio Temporum (725) ‘de Rekening van Tijd’, het jaar nul als Anno Domini helpen populariseren. De British Library heeft van Bede’s Ratio Temporum een 11de eeuws handschrift-kopie in bezit. Op bovenstaande schermschot daarvan zie je, hoe Bede met hand- en vingergebaren tot 10 duizend leerde tellen.

Hij bezat grote astronomische kennis en ontvouwt hierin de Middeleeuwse kosmologie aan zijn lezers, voor hij met maanstanden gaat rekenen. Het boek werd een standaardwerk voor alle kloosterpupillen van de Middeleeuwen. De mensen waren toen zeker niet ‘dommer’ dan wij nu.

Je moet weten dat zowel de bisschop der Friezen, Willibrord, als zijn pupil Winfrid (later ‘Bonifatius’) toen nog vergeefs poogden de Friezen te kerstenen. Dat lukte Liudger (804+) pas. Zowel de Apostel der Friezen Willibrord (+739) als zijn bij Dokkum in 754 gedode pupil Winfrid (754+) kwamen uit de abdij van Ripon in Northumbria, zoals we al beschreven op Interessante Tijden.

Apostel der Friezen die ons niet kon kerstenen

‘Easter’/Ostara, Eostre
De Britten waren al eerder gekerstend dan wij, onder invloed van het Keltisch christendom in Iona. En daar kwam de Roomse invloed later bij. Debat tussen beide stromingen zouden Bede tot het schrijven van zijn standaardwerk hebben gemotiveerd.

Hoe het ook zij, pas rond het jaar 800 raakte zo in de christelijke wereld van West Europa pas het jaar 0 als Anno Domini ingeburgerd. Dankzij de pil van Bede, die je nu ook in het Engels kunt lezen dankzij een uit 1999 vertaalde heruitgave.

Je ziet hoe de Kerk de feestdagen verweefde met de Heidense gebruiken en benamingen. Immers ‘Easter’, Ostara, is ook een heidens voorjaarsfeest.

Monath, Maand: 2 weken na Volle maan = Pasen

Bede schrijft hier over:

In olden time the English people — for it did not seem fitting to me that I should speak of other people’s observance of the year and yet be silent about my own nation’s — calculated their months according to the course of the moon. Hence, after the manner of the Greeks and the Romans (the months) take their name from the Moon, for the Moon is called mona and the month monath.

The first month, which the Latins call January, is Giuli; February is called Solmonath; March Hrethmonath; April, Eosturmonath; May, Thrimilchi; June, Litha; July, also Litha; August, Weodmonath; September, Halegmonath; October, Winterfilleth; November, Blodmonath; December, Giuli, the same name by which January is called. …

Nor is it irrelevant if we take the time to translate the names of the other months. …

Hrethmonath is named for their goddess Hretha, to whom they sacrificed at this time. Eosturmonath has a name which is now translated “Paschal month”, and which was once called after a goddess of theirs named Eostre, in whose honour feasts were celebrated in that month.

Now they designate that Paschal season by her name, calling the joys of the new rite by the time-honoured name of the old observance. Thrimilchi was so called because in that month the cattle were milked three times a day…

Bladknoppen op kerkterp, Voorjaar (Ostara)

Dat christendom dat Angel-Saksische apostelen als Winfrid (Bonifatius) hier dus brachten hield mooie opruiming in al die verschillende goden. Er bleef 1 God over, die alles kon dat al die goden ook konden. Dat geloof hield 1000 jaar stand, tot de ‘Bataafsche Republiek’ werd ingesteld door Frans Revolutionairen.

Geen God geen Meester, zo stelde men (Ni Dieu Ni maitre)

En nu zie je dan op de ‘Bonifatiuskerk’ uit het jaar 1125 van Oldeberkoop de mededeling staan dat er geen Paasdienst is. Voor het eerst sinds 1125 geen Paasviering in een aan Bonifatius gewijde kerk. Als finale sluitstuk van die 2 eeuwen durende operatie van secularisatie en ‘de massamedia’ als kansel.

De kerken moeten dicht op Pasen, maar de Jumbo-Supermarkten mogen gewoon open…

Geen Paasdienst, voor het eerst sinds 1125

Goddeloos geloof
Zulke maatregelen zijn gestut met een (Goddeloos) geloof, namelijk dat de wereld ‘veilig’ zal worden wanneer we al ons eigen oordeelsvermogen en vrijheid maar uitbesteden aan De Staat. En dat haar Media een betrouwbare bron van informatie zouden zijn.

Het proces tot dit geloof in De Staat als ‘God’s plaatsvervanger’ nam twee eeuwen in beslag. Het lijkt nu, in Anno Domini 2020 voltooid. Wat er nu waar is van de basis onder al deze maatregelen: wie het weet mag het zeggen…Meer dan of informatie tot de letter klopt, is dus eerst van belang: Kun je op iemand bouwen?

Is een mededeling op liefde gebaseerd of eigengewin? Willen de bazen over deze overheid en haar massamedia het beste voor alle mensen? Zijn daaruit besluiten gemotiveerd en informatie? Of dienen zij private deelbelangen?

Hier kun je even goed ongelovige Thomas zijn.

Het Zelfoffer van Christus is ons toonbeeld van Onbaatzuchtigheid. De Vleesgeworden God die overwint de Dood na zelf het lijden en de pijn van mensen te doorstaan aan het kruis. Sterven zodat anderen mogen leven, net als de helden die de nazi’s verdreven voor onze (nu gestorven) vrijheid. Als voorbeeld voor allen. Heb een Goede Zondag.

One Reply to “Thomas: ‘…Ik zal geenszins geloven’…’ (Johannes 20)”

  1. Dankjewel voor deze paasoverdenking met veel geschiedkundige informatie plus de wederom hele mooie foto’s, Rypke!

    Het spiegeltje in de hand preekt tegenwoordig toch de waarheid?
    Het menselijk hart, de ziel, het gevoel moet kost wat kost in deze kronawaanzin nu dood!
    Androids moeten en zullen we zijn!

    Ik blijf trouw aan het innerlijk weten/zijn, wat u niet wilt dat u geschied, doe het ook de ander niet.
    Fijne paaszondag!

    Ps als kind van 7 heb ik ooit eens 6 of meer wezens in hel witte kleding gezien, ze zweefde zo’n 25cm of meer boven de grond.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *