‘Zonder wet geen overtreding’ (Romeinen 4:15)

De Middeleeuws mooie zadeldak van Marsum met zwanenbloemen

Op de zondag geen profane boodschappen, dan lezen we de Heilige Schrift. We vervolgen de lezing van de Romeinen-brief van Paulus, grondlegger van de christelijke theologie.

We zien in hoofdstuk 4-6 hoe Paulus de ‘gnostiek’ (oosterse mysterieleer en Plato) combineert met de Bijbelse traditie van de Joden.

Paulus stelt, dat Abraham stamvader werd, toen hij door God werd uitgekozen en vervolgens God geloofde (vertrouwde, opvolgde). Niet door zich aan wetten te houden.

Niet ‘de wet’ kan dus toegang zijn tot ‘Eeuwig Leven’, die volmaakte afspiegeling van het onvolmaakte aardse leven. Want Abraham kende in de woestijn enkel de wetten van de jungle.  Maar het Geloof zelf met hoofdletter is toegang, voor wie door God uit Plato’s grot is bevrijd.

Het christendom komt op bij Boazum

‘Geheime’ Kennis (gnosis) door openbaring
Deze preek is weer veel ‘te lang’ voor wie geen geduld heeft, een te korte aandachtspanne of motivatie om zich te verdiepen. Dan kun je toe met de samenvatting, die we niet voor niets aan het begin plaatsen. We worden een beetje boos als iemand klaagt ‘het is te lang’: want je vestigt slechts de aandacht op je eigen luiheid en voegt geen zinvolle idee of informatie toe, behalve dat je te beroerd bent om je in te spannen.

Alles moet mensen maar aan komen waaien, zak chips er bij.

Wie zich wel verdiepen wil en zich wil inspannen, kan met de kennis hier zichzelf een dienst bewijzen. Zoals ik dat voor jullie probeer te doen. Daartoe moeten we wat termen introduceren als ‘gnosis’.

Gnostiek betekent ‘geheime kennis’, iets dat je alleen als ingewijde kenbaar wordt door een ingeving of hulp van buiten. Of bijvoorbeeld door openbaring, een goddelijke ingreep. Paulus past in die gnostieke traditie, met een belangrijk verschil: het christendom is voor iedereen toegankelijk die geloven wil.

Dus ook voor ‘klootjesvolk’, zoals elitaire gnostici veel christenen zullen beschouwen. Van een Vrijmetselarij-loge ( = gnostiek) word je alleen lid op basis van uitnodiging omdat je een maatschappelijke positie hebt bereikt. Jood kun je alleen zijn als je moeder Joods was, het is een racistisch geloof.

Bij het christendom kan de meest onaanzienlijke juist deel worden van de ‘cult’, onafhankelijk van (genetische)afkomst.

Boazum Friesland

Volmaakte Liefde (op afstand)
Paulus werd als Jood uit de stam van Benjamin in het Nieuwe Testament immers bekeerling door Goddelijke interventie. Dus door een ‘inzicht’ dat alleen hem gegund werd. Eerder was hij fanatiek vervolger van de eerste christenen. Maar na met bliksem geslagen te worden en blind te zijn ziet hij ‘Het Licht’.

En zo kaapt hij vervolgens het geloof van de Joden om het voor iedereen open te stellen, ook de ‘Heidenen’, in dit geval niet-Joden. Dat Jodendom is een etnisch geloof, gekoppeld aan een ‘ras’ van mensen die hun piemels besnijden. Dat je de voorhuid verwijderd, als teken dat je deel uitmaakt van ‘de cult’.

Je krijgt al pijn aan je paarse paddestoel als je er aan denkt.

De theologie die hij in de Romeinen-brief ontvouwt, rechtvaardigt die revolutionaire loskoppeling van het geloof in de Ene God met de Joodse gebruiken en rituelen zoals offers en besnijdenis. Zodat het christendom ontstond als ‘Jodendom voor de zwijnen’.

Met een sausje Plato er overheen. Dus moeten we de betekenis van Plato uitleggen, wiens denkwijze overal in onze cultuur zit verankerd. Ook als je daarvan niet op de hoogte bent.

De naam ken je misschien van Platonische liefde: de Volmaakte Liefde, die bij ridderromans in de Middeleeuwen weer opdook. Dus dat de ridder indruk op zijn dame maakte, zonder haar liefde ooit te consumeren (niet neuken) omdat die liefde dan onvolmaakt, bezoedeld zou worden.

Het machtige zadeldakje van Marsum, Gronings Friesland (bij Delfzijl) Alleen de Friezen bouwden zulke kerkjes

Paulus introduceert Plato (zonder Plato te noemen)
Vorige week-preek lieten we zien, hoe Paulus dan toont dat het geen zin heeft naar de letter van de wet te leven. Wie dat doet, die probeert vooral indruk te maken op andere mensen. Die wil zichzelf rechtvaardigen. De ‘geest’ van de Wet, daar draait het om. Vandaag zien we hoe hij ‘de wet’ en ‘het vlees’ op 1 lijn zet.

En hoe hij een duidelijke scheidslijn legt tussen ‘De Geest’ waarop ‘het geloof’ rust’. En het zondige lichaam, een typisch gnostisch idee.

Juist de vaak aan het christendom toegeschreven afkeer van ‘het vlees’, lichamelijkheid en lust, die komt eerder van die Romeinse en Griekse filosofische scholen dan het christendom.

Sinds de filosoof Plato (ongeveer 5de eeuw voor Christus) leren die eigenlijk dat ‘het lichaam’ slecht is, een imperfecte afspiegeling van ‘Het Idee’, de verborgen kennis van het hogere, volmaakte.

Iedere beginner in filosofie leert de allegorie van de Grot van Plato. Daarin schildert hij levende stervelingen af als gevangenen, vastgebonden in ketenen in een grot. Die gevangenen zijn zo vastgebonden dat ze alleen naar voren kunnen kijken, met het licht achter zich.

Marsum

Ze kunnen zichzelf en elkaar niet zien maar alleen hun schaduwen, onvolmaakte afspiegelingen, die op de grotwand zijn geprojecteerd.

Maar de volle realiteit zien ze niet. Wie vastgebonden zit, kan ook enkel door een kracht van buiten bevrijd worden. Of door een openbaring. Of in het geval van de gnostiek: via inwijding door mensen die al meer hogere kennis bezitten.

Bij Plato (en voor hem Pythagoras) waren die geestelijke bevrijders de filosofen, die via ratio toegang zouden hebben tot Het Idee; de volmaakte werkelijkheid achter de wereld van verschijnselen.

Bij Paulus is de Logos, Het Geopenbaarde Woord de toegang tot God.

Beroemd is immers ook zijn zuiver Platonische uitspraak: ‘nu zien we nog in raadselen, maar straks van aangezicht tot aangezicht.’ Via Paulus krijgen we een huwelijk tussen Plato en het Monotheïsme van de Joden, een filosofisch verbond dat tot ‘christendom’ zou groeien.

Middeleeuws mooi

Kastijding van ‘het vlees’
Dat idee van de afkeer van ‘het vlees’, lichaam, dat vind je ook terug in de figuur van Socrates die via Plato bekend werd. Een wijs en rechtschapen man met een wat onaanzienlijk uiterlijk, die zichzelf offert voor zijn principes als hij de gifbeker drinkt.

Vervolgens zijn er twee omgangstradities in de gnostiek met dat lichaam. Je kunt dat lichaam aan allerlei perversie en liederlijkheid overgeven, vanuit het idee dat ‘het leven/vlees’ als het ware ‘slecht’ is. Dat is ook wat satanisten doen. Dan doe je aan ‘kastijding door zonde’, redemption through sin.

Michel Onfray schreef daar een boek over, ‘Christelijke Hedonisten’ dat inzicht geeft in de vele gnostische sekten die zich tot het laagste overgaven, tot lustmoord en kindermisbruik toe. Moderne varianten zijn bijvoorbeeld Georges de Battaille, van wie de term ‘kleine dood’ (le petit mort) voor het orgasme komt.

Je vindt die verheerlijking van liederlijkheid en uit de band springen, ook bij de vrijmetselaar en satanist Aleister Crowley, de bedrijfsheilige van de popcultuur. De Red Hot Chili Peppers verwijzen naar Crowley’s ‘sex magic’, Iron Maiden naar zijn ‘Moon Child.’ Maar ook op het Sgt Pepper-album van de Beatles staat Crowley afgebeeld.

Interieur Marsum

Paulus kiest de tegenpool: het lichaam als tempel
Die verderfelijke wijze van omgang met je lichaam als vorm van ‘geestelijkheid’, die was al staande praktijk in Paulus zijn tijd. In Romeinen 3: 7-9, lijkt hij daar naar te verwijzen als hij schrijft:

Want indien de waarheid Gods door mijn leugen overvloediger is geworden tot zijne heerlijkheid, wat word ik ook nog als zondaar geoordeeld,

en zeggen wij niet liever (gelijk wij gelasterd worden, en gelijk sommigen zeggen dat wij zeggen): Laat ons het kwade doen, opdat het goede daaruit voortkome? Welker verdoemenis rechtvaardig is.

Zo zijn er ook Joodse sekten geweest, die juist door geloofsafval betoonden hoe recht ze in het geloof waren. De navolgers van Zabbatai Zevi  (17de eeuw, die werd als ‘messias’ gezien) zijn daar een voorbeeld van.

Je kunt kortom kunt als gnosticus ook voor een vergeestelijkt leven kiezen, waarbij je ‘het lichaam’ als bron van verlangen en dus lijden beschouwt. Je kunt dat lichaam vervolgens kastijden door soberheid, maar ook door er mee uit de band te springen. Beide komen voort uit een soort ‘verachting voor het vlees’, die onvolmaakte afspiegeling van De Idee van Het Lichaam.

Eilandje in de graszee…

Een kloof tussen wet en Geloof
Paulus maakt ‘de wet’ – iets dat door mensen getoetst kan worden- in de Romeinen-brief ondergeschikt aan ‘het geloof’, iets waarvan alleen God de diepte kent. Heel Platonisch dus. Dat geloof is een genadegift van God, aan mensen die God uitverkiest, net als de mensen in Plato’s grot die uit hun ketenen worden bevrijd.

Maar die uitverkiezing maakt dus ook, dat het lijkt alsof je zelf niets te kiezen hebt. En dan kun je dus ook besluiten om alles maar te doen dat God verboden heeft. Want wat je ook doet voor goede werken, dat maakt toch niet uit.

Een zelfde idee kom je tegen in ‘Veronica decides to die’ van Paul Coelho. Als Veronica zelfmoordpillen neemt, die over enkele dagen beslag krijgen. Dan maakt het in de tussentijd toch niet meer uit welke menselijke wetten gelden, je kunt alles doen dat je invalt.

Van de preek van vandaag

De theologische truc die Paulus toepast in de Romeinen-brief, is dat hij dus de volgorde omdraait. Eerst Geloof, dan wet. En de wet is ondergeschikt aan Geloof. De ‘wet’ identificeert hij met ‘vlees’, en vlees met ‘zonde’.

Geloof plaatst Paulus op 1 lijn met ‘Geest’. Die Geest die tot ‘Eeuwig Leven’ leidt, lijkt nagenoeg gelijk aan ‘de Idee’ van Plato. De volmaakte afspiegeling, het volmaakte Geloof met hoofdletter.

Paulus spreekt dan ook herhaaldelijk over ‘de Griek’ als volk dat ‘heiden’ was in Joodse ogen, ‘gojim’ zoals ze dat nog noemen. Die Griek (en de Romeinen) waren natuurlijk als geletterden zeer bekend met de filosofie van Plato.

Geloof dat een ‘virus’ bestaat waarvoor de hele wereld op slot moet, verspreid via massamedia….

Weg met de besnijdenis en offers
Zo veegt Paulus in Romeinen 4 de besnijdenis van de Joden aan de kant. Niet meer nodig. Want zoals hij schrijft in 4:1

Wat zullen wij dan zeggen dat Abraham onze vader verkregen heeft naar het vleesch? Want indien Abraham uit de werken (zoals besnijdenis RZ) gerechtvaardigd is, zo heeft hij roem (dus goedheid in de ogen van mensen RZ), maar niet bij God.

Want wat zegt de Schrift? En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid.

Psalm 32 aanhalende versterkt Paulus zijn argument dan (Rom 4:7-8):

Zalig zijn ze welker ongerechtigheden vergeven zijn, en welker zonden bedekt zijn, zalig is de man welke de Heere de zonden niet toerekent.

Dus zit ook niet in de daad van de besnijdenis zelf de toegang tot geloof. Maar in de geloofsdaad zelf. Oftewel, die besnijdenis (van het vlees, dat immers toch sterft) is geen halszaak. Die daad volgde op Geloof.

Replica Theofilus-Orgel, een Middeleeuwse blaasbalg

Abraham kende alleen wet van de jungle
Maar Paulus begaat een voor Joden nog veel meer revolutionaire daad. Hij schuift ook ‘De Wet’ (de Joodse religieuze wetten van de Levieten) aan de kant als toegangspoortje tot God.

Immers, Abraham werd door God gerechtvaardigd door zijn geloof. ‘De Wet’ uit Leviticus was er in het geheel nog niet. Maar toch koos God Abraham uit, als stamvader van zijn later af te zonderen volk. Waarom? Abraham geloofde, gehoorzaamde God, in besef van Zijn Aanwezigheid.

Ook daar in de jungle (woestijn) waar enkel de wetten van de jungle bekend waren. Er was nog geen Wet die hem oordeelde of veroordeelde.

Dus, stelt Paulus, ‘geloof’ is het toegangskaartje, en de wet wandelt daar achteraan als invulling. Hij keert het Jodendom -het volk van ‘De Wet’- met haar juridische uitleg van ontelbare voorschriften dus op zijn kop.

Voor het zingen de kerk uit…

Wie ‘de wet’ juist voorop plaatst, zo stelt Paulus, die maakt ‘het geloof’ ijdel, ‘De Geest’ van het geloof die Paulus met God vereenzelvigt. Terwijl het verbond van God met de mens Abraham juist begon met dat geloof. Romeinen 4:13-17 stelt:

Want de belofte is niet door de wet aan Abraham of zijn zaad geschied, namelijk dat hij een erfgenaam der wereld zoude zijn, maar door de rechtvaardigheid des geloofs.

Want indien degenen die uit de wet zijn, erfgenamen zijn, zoo is het geloof ijdel geworden en de beloftenis teniet gedaan.

Want de wet werkt toorn; want waar geen wet is, daar is ook geene overtreding.

Daarom is ze uit het geloof, opdat ze zij naar genade, ten einde de belofte vast zij al den zade, niet alleen dat uit de wet is, maar ook dat uit het geloof Abraham is, welke is een vader van ons allen.

(Gelijk geschreven staat: Ik heb u tot een vader van vele volken gesteld); voor Hem aan welken hij geloofd heeft, namelijk God, die de dooden levend maakt en roept de dingen niet niet zijn alsof ze waren.

Gewijde palen voor het Klimaatgeloof bij Delfzijl aan ‘Werelderfgoed’ Waddenzee

Terug naar de oerstaat
Zoals Abraham werd uitverkozen en door zijn geloof gerechtvaardigd werd (een gnostisch idee, die uitverkiezing), zo geldt dat dus voor iedereen die wil geloven dat Jezus de Christus is.

In hoofdstuk 5 gaat Paulus weer een stapje verder. Niet ‘de wet’ en precies de wet navolgen rechtvaardigt je bij God. Immers, we zien een God optreden die uitverkiest naar Zijn eigen Wil. En die uitverkiezing lijkt een gnostisch mysterie, Allah doet wat hij wil. Of je de wet nu wel of niet houdt, het feit dat je eerst geroepen bent tot ‘geloof’ is het belangrijkste. Immers, toen Abraham werd geroepen tot geloof, toen was die wet er nog niet.

En vervolgens is Jezus dan het toegangskaartje voor Paulus. Die heft met zijn opstanding uit de dood, de zonde op die door de eerste mens (Adam) werd begaan. Dus 1 mens door God gezonden, Jezus, kan de zonde over allen die Adam bracht teniet doen.

En hoofdstuk 6, dan zie je dus dat Paulus ‘het lichaam’ en ‘de wet’ met ‘de dood’ associeert’. En ‘de Geest’ met ‘het eeuwig leven’.

Alleen als je Eneco heet en subsidie casht, in de Geldgod (Mammon) gelooft mag je hier naar binnen

De omkering die Paulus introduceert is van levensbelang, tot de dag van nu toe. Immers: stel dat je ergens in de jungle geboren wordt. Daar waar de wetten van de jungle regeren. Waarop baseer je dan iets als ‘moraal’ of ‘menselijkheid’? Het Recht van de sterktste/gluiperigste/handigste, of wie zich er het beste uit lult? Op ‘macht’ dus?

Het christendom dat Paulus introduceert brengt je eerst terug naar de oerstaat, waarin geen wetten heersen zoals mensen die optekenden. Hij stelt dan de vraag: wat maakt je ‘rechtvaardig’?

Alleen doordat God je daar aanraakt, oppakt, kun je in zijn genade-geloof tot geloof komen. En vervolgens kun je van daaruit wetten opstellen en naleven die met ‘De Geest’ van dat geloof in overeenstemming lijken.

Zonsopkomst Friesland

Zonder God lukt het niet
Wat dat geloof dan precies is, dat is voer voor theologen. Bij Paulus: een diep besef dat je niet zonder God kunt. Omdat anders ‘het leven’- alleen ‘het vlees’ en wat aardse wetjes die je op straffe des doods opvolgen moet – niet lijkt te deugen.

Ook dat is Gnostisch, het idee dat dit korte gebrekkige leven een onvolmaakte afspiegeling is van Het Leven, ‘Het Eeuwige Leven’.

In de preek van volgende week zullen we Paulus zijn omgang met ‘het vleesch’ verder uitdiepen. We zien dan dat hij het lichaam zeker niet veracht, maar het als ‘tempel van de Geest’ schoon wil houden. Dus de tegenpool van de gnostische traditie die door lichaamsverachting zichzelf wil bevrijden van dat lichaam.

Zalige Zadeldak Boazum

We sluiten deze preek af met de typisch Paulinische zinnen van Romeinen 6: 19- 23. Zo maakte hij het geloof van Joden toegankelijk voor ‘heidenen’ tot in alle uithoeken van de aarde. Zoals het Fries-Groningse Marsum (foto’s van vandaag) bij Delfzijl, waar Friese Germanen woonden:

Ik spreek op menschelijke wijze, om der zwakheid uws vleesches wil; want gelijk gij uwe leden gesteld hebt om dienstbaar te zijn der onreinigheid (de gnostische tegenpool-traditie RZ) en der ongerechtigheid tot ongerechtigheid, alzoo stelt nu uwe leden om dienstbaar te zijn der gerechtigheid tot heiligmaking.

Want toen gij dienstknechten waart der zonde, zoo waart gij vrij van gerechtigheid. Wat vrucht van de dingen had gij toen van die dingen, waarover gij u nu schaamt?

Maar nu van de zonde vrijgemaakt zijnde, en Gode dienstbaar gemaakt zijnde, hebt gij uwe vrucht tot heilig making, en het einde het eeuwige leven.

Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegifte Gods is het eeuwige leven door Jezus Christus onze Heere.

De antieke Statenbijbel, voortaan Iedere Zondag

Oer-zonde opgeheven door Oer-genadedaad
Al die offers die Joden in tempels brachten, en Germaanse natuurvolken, offers om onheil af te weren. De miljardenoffers die de Christenunie nu opnieuw wil brengen om de Klimaatgod haar toorn af te wenden. Het is een oer-menselijk mechaniek, dat gevoel dat je onheil, zonde moet afweren.

Ook heel oer-menselijk: dat je naar anderen laat zien, hoe ijverig je ‘de regels’ houdt, opzichtig allerlei offers brengen. Al die geestelijke uitsloverij gericht op andermans ogen… Bij Paulus hoeft dat niet meer, wanneer je tot geloof geroepen bent.

En zo definieert Paulus het oer-Christendom. De Oer-zonde (heel Platonisch) is door de Oer-genadedaad (eveneens) opgeheven, God die zichzelf offert in Jezus, zijn Zoon-offer als Zoenoffer.

Omdat God zelf als een Vader die hardleerse mensen wil bereiken, ze tot hun Ware Bestemming wil brengen: het Eeuwig Leven.

Dat geloof zou vervolgens de hele wereld veranderen. Anders leefden we nu bijvoorbeeld niet in het jaar 2020. En dus lezen we wekelijks de Bijbel, want zonder die Geopenbaarde Kennis ( = gnosis) begrijp je niets van de wereld waarin je leeft. Heb een goede zondag.

One Reply to “‘Zonder wet geen overtreding’ (Romeinen 4:15)”

  1. Als we dit alles duiden in de huidige tijd ( om aan te sluiten bij het laatste stukje, anders leefden we niet in 2020) denk ik dat we aan een vooravond staan. Het christendom is over de hele wereld verspreid en staat op instorten. Of het grote lijden komt er over een niet te lange tijd aan of een openbaring( wellicht dat de WO 1 en 2 het grote lijden was. Ik ben bang voor het eerste.

    Van de kansel wordt er niet veel meer aan de schrift gedaan, het is meer het CU verhaal van bezig zijn met het aardse.

    ik vroeg wel es aan mijn opa: ” Jij hebt de eerste auto’s gezien, de Titanic zien zinken WO1 en WO2, de mens op de maan en kleuren tv, wat vind je daar nou van?

    Dan zei ie: “Klopt”

    Ik heb nu zelf ook dat alleen maar “klopt” gevoel.
    30 jaar geleden, was er geen EU, geen klimaatprobleem, wel virussen maar geen vrijheid afpakkende regering, wel onderscheidende kerk en nog getolereerde kritiek.
    Nu is het dus andersom.

    Wat moet je hier nu als christen mee?
    Je voelt je bijna als een sticker van het raam( God) afgetrokken door kerk en maatschappij.

    Gelukkig is er, net zoals dit stuk het beschrijft, nog het Woord.
    Voor mij de meest krachtige term.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *