‘Friezen kwamen van Atlantis’…

De Oude Ried, zijtak van de Lauwers vanochtend

Voor dit zaterdagverhaal reisden we door de uithoekjes van Friesland, en we tikten een Duitse bespreking uit 1973 op de kop van ‘Thet Oera Linda Bok’, het in 1872 door Jan Gerhardus Ottema vertaalde manuscript uit de Van der Linden-familie.

Dat manuscript zou uit 1256 stammen en vertellingen bevatten in het Oud Fries over de jongste Friese geschiedenis.

Hoewel de gangbare lezing was, dat het manuscript een vervalsing was, benadert Frans J. Los in ‘Die Ura Linda Handschriften als Geschichtsquelle’ het manuscript van de welwillende kant. Met wat haken en ogen er af gehaald, kan het Oera Linda Boek wel degelijk historische waarheid bevatten.

De Literatuur voor vandaag: op de voorkant een zegel van Stavoren met Kogge

Vrijheid op de tocht
Vandaag zou de 75ste ‘Slag bij Warns’-herdenking plaatsvinden op het Reade Klif, DE viering van de Friese vrijheidsdrang en DE militaire overwinning die de Friezen hier behaalden tegen de Hollandse graaf. Dankzij het ‘tweede golf’-bedrog door onze leugenachtige corrupte Rutte-regering en hun media mag dat nu officieel niet doorgaan.

Historicus Kerst Huisman loopt nu vanuit Staveren naar het monument om zijn alternatieve viering gestalte te geven. Hij bepleit een Friese Grondwet, die ge-ent op bijvoorbeeld de Amerikaanse weer enkele basale vrijheden en rechten garandeert.

In een tijd waarin al onze grondrechten met het grootste gemak door het toilet gespoeld zijn. Wat kun je dan beter doen, dan nog eens in de geschiedenis van de Friese Vrijheid duiken, en wel in 1 van de meest omstreden bronnen daarover: Thet Oera Linda Bok.

Thet Oera Linda Bok (Het Oera Linda Boek), dat zijn de in 1872 door Jan Gerhardus Ottema vertaalde handschriften die zichzelf dateren op 1256. Die waren in bezit waren van de ‘Van der Linden’-familie, beschikbaar gesteld door Cornelis van der Linden, een scheepsbouwer. Die zijn nu in bezit van Tresoar (‘de schatkamer’) in Leeuwarden, dat de originele publicatie voor het publiek afschermt.

Oude Ried vloeit samen met Lauwers

De 150 jaar oude vals/echt-discussie
De meest gangbare lezing is dat de schriften vervalsingen zijn door een geleerde grappenmaker. Dat was ook de eigen eerste reactie hier op Interessante Tijden. Maar door een positieve bespreking door antropoloog Robert Sepher op You Tube werd alsnog de interesse gewekt.

In plaats van op anderen af te gaan, kun je beter het manuscript zelf lezen en besprekingen van experts opzoeken die welwillend staan. Wat bij eerste lezing wartaal lijkt of onsamenhangende fantasie,kan met wat aanpassingen toch zinvolle informatie geven.

Taaldeskundigen als J. Beckering Vinckers schreven in 1876 over ‘de onechtheid van het Oera Linda Bok, aangetoond uit de wartaal waarin het geschreven is’. De zoon van Van der Linden, stelde echter dat zijn vader het onmogelijk zelf kon hebben gemaakt. Ook kun je wel als deskundige in de Oud-Friese taal wijzen op stijlfouten.

Maar dan leun je op een valse aanname van taaldeskundigen: dat er ooit een Oud Friese modeltaal was, een soort ‘Geef Ald-Frysk’, dat in werkelijkheid nooit bestond. Kijk maar naar ‘het Nederlands’ en hoe mensen op Facebook en twitter zich daar nu in bekwamen. Het aantal taalfouten daarin is bedroevend.

Begin Oude Ried

Maagdenburchten
In het Oera Linda boek vind je beschrijvingen van complete ringburchten waarin Burchtmaagden zouden wonen voor de eredienst aan Wralda en Frya. Die dagmeisjes van maandag tot vrijdag moesten ieder per dag het vuur brandend houden. Zoals op Texel maar ook bij Stavoren en Medemblik.

De Duitse plaatsnaam ‘Magdeburg’ kan van die gewoonte zijn afgeleid. Je vindt hierin ook de gelijkenis met de ‘Vestaalse Maagden’ uit de Romeinse Vesta-tempel.

Die moesten als maagden het vuur brandend houden voor Vesta, de godin van huiselijkheid. Die cultus lijkt weer op die van de ‘Arische’ Zoroaster-cultus (Iran) die vuren in de tempel brandend hield. Net als het Olympisch Vuur bij de Olympische spelen. En zulke gedeelde religie duidt weer op een gedeelde afkomst.

De naam ‘Vesta’ is ook waar Thet Oera Linda Bok naar verwijst, in de vertaling op internet die Tresoar beschikbaar stelt. De burchtmoeder hield 21 maagden ter beschikking om het vuur in de burcht brandend te houden. Het leest bijna, alsof het fenomeen vuurtoren voor de zeevarende volkeren als de Friezen hieraan verwant is:

“Op mijne dienares Fåsta heb ik al mijne hoop gevestigd. Daarom moest gij haar tot uwe Eeremoeder nemen. Volgt gij mijn raad, dan zal zij namaals mijne dienares blijven en alle vrome maagden die haar volgen. Dan zal de lamp nimmer uitgaan, die ik voor u opgestoken heb.

Het licht daarvan zal dan eeuwig uw brein verlichten, en gij zult dan even vrij blijven van onvrij geweld, als uwe zoete rivierwateren van het zoute water der eindelooze zee.

De Lauwers als grens met Gronings Friesland bij Visvliet

Afkomstig van Atlantis
Zo’n ringburcht is wel bij Den Burg gevonden, daar heet het plaatsje op Texel ook naar. Maar verder vond de archeologie niets van enige bouwkundige betekenis uit de vroege Middeleeuwen, behalve wat primitieve boerderijtjes- zodenhuizen- op een terp die bij modern bouwtoezicht ‘onbewoonbaar’ zouden worden verklaard.

Laat staan dat ze in de periode voor de christelijke jaartelling iets van enige betekenis vonden, behalve wat potscherven. (streepband-aardewerk) Terwijl het Oera Linda Boek claimt, dat de eerste Friezen, dus Frya’s volk overlevenden waren van een ramp die ruim voor de jaartelling plaatsvond.

En wel van het ten ondergaan van het Atland door een combinatie van vulkaanuitbarstingen en tsunami’s. Dat Atland duiden sommigen als ‘Atlantis, het door de Griekse filosoof Plato beschreven verloren continent met hoge beschaving.

Er zijn theorieën die stellen, dat die ondergang in 1220 was, bij de uitbarsting van de Santorini-vulkaan in de Middellandse Zee.

Toen verdween ook de Minoische beschaving. Zelfs het Egyptische leger dat de Joden op de hielen zat in de Woestijn, zou door die Tsunami kunnen zijn weggevaagd. Dat leerde een aflevering van Discovery Channel ooit. Immers, eerst trekt het water terug, en dan komt het vol over je heen.

Wanneer je welwillende aanpassingen aan de Oera Linda-tijdrekening maakt, dan zou je de gestrande ‘Friezen’ kunnen zie als overlevenden van dat zeevarende en hoogontwikkelde volk. Hun heidense religie (Odin/Wodan, Freija) heeft ook sterke verwantschap met de cultus van volken oostelijk van de Middellandse Zee,

Ochtendmist Oude Ried

Frya’s Bloet
De naam ‘Fries’ is in Thet Oera Linda Bok van Frya afgeleid, de aardegodin Freija. Die bracht mensen van ‘Frya’s bloet’ voort, terwijl twee andere godinnen de negers en de mongoliden voortbrachten.

Die driedeling in volken lijkt veel op de rassenindeling die Baron de Cuvier in de 18de eeuw uitvond. Die zag drie hoofdtypen in rassen, waarbij de negers dan de ‘melanoiden’ waren, en naast ons, de blanke baardmensen had je dus de mongoliden. Vernoemd naar het pigment dat ze tegen de evenaarszon beschermt.

Frya was ‘wit als sneeuw, had blauwe ogen en haren fijn als spinnewebben, die glansden als stralen van de middagzon.’ Ook zou ze haar kinderen de ‘typisch Friese’ vrijheidsdrang meegeven. Je kunt die versie lezen op de webzijde Oeralindaboek.nl:

“Verstandige Frya. Het eerste wat zij hare kinderen leerde was zelfbeheersching, het tweede
was liefde tot de deugd, en toen zij volwassen waren, leerde zij hun de waarde van de vrijheid kennen. Want, zeide zij, zonder vrijheid zijn alle andere deugden alleen goed om u tot slaven te maken, uwe afkomst tot eene eeuwige schande.”

In de vroege ochtend

Verwisseling jaartallen maakt Oera Linde historisch kloppend
In Thet Oera Linda Bok komt ook een Friso voor als Friese koning. In ‘Die Ura Linda Handschriften als Geschichtsquelle’ (1973) maakt auteur Frans Los aannemelijk, dat dit om een koning gaat, die in de volksverhuizingstijd van de 5de eeuw leider van de Friezen was.

Dus niet de ‘Friso’ uit Suffrides Petrus zijn Olde Freesche Cronieken, de Indiase prins die hier in 313 voor de christelijke jaartelling Stavoren zou hebben gesticht. Volgens Frans Los, zijn de papieren van het manuscript bij gebrek aan paginanummering door elkaar geraakt. Pas in de 14de eeuw zouden auteurs met paginanummering beginnen, dus voordat het manuscript (1256) was opgesteld.

Ook lijken jaartallen verwisseld, mogelijk door ‘correcties’ van latere auteurs uit de 13de eeuw. Maar wanneer je dus de jaarteling ‘voor’ (4-500) verandert in ‘na Christus’, dan klopt het deel dat aan ‘Adela’ is toegeschreven.

Toen troffen twee catastrofen de Friezen: een grote overstroming, en verovering door steppevolken uit de buurt van huidig Hongarije. Volgens Los, waren de papieren in Thet Oera Linda Bok door elkaar geraakt. En ook zouden jaartallen verwisseld zijn. Wat als 400-500 voor de christelijke jaartelling werd uitgelegd, zou juist na de jaartelling plaatsvinden.

Schierstins Veenwouden, vernoemd naar de Schiere monniken die eigenaar waren

Magyaren en Fin-Oegrische veroveraars
De als ‘Magy’ gepresenteerde kwelgeesten van Friezen, zouden de Magyaren zijn, dus de Hunnen met Atillah de Hun en Oostelijke steppevolken die in die eeuwen een aanval uitvoerden op Noordwest Europa. Die brachten, in combinatie met de in het Oera Linda Boek genoemde grote overstroming een ramp over de Friezen.

Die periode stemt min of meer overeen met het ontstaan van de Middelzee. Door zeespiegelrijzing (volgens de re/transgressie-aanhangers) zou de zee ver indringen en het veen wegslaan. Ook zouden grote bossen hebben bestaan, die in de 5de eeuw werden weggespoeld.

Als Los zijn lezing klopt, dan stemt het Oera Linda Bok dus overeen met de moderne archeologie. Die vinden in de 5de eeuw een zogenaamd ‘bewoningshiaat’: ze vinden geen aardewerk, en stellen dat de meeste Friese terpen toen verlaten werden.

Een combinatie van natuurrampen en de door ‘Hunnen’ – of zoals in Oera Linda ‘Magy’- aangedreven volksverhuizingen kan daar dan een goede verklaring geven. Ze werden door overstromingen verdreven, en werden militair overheerst door de ‘Magy’.

Die ‘Magy’ zijn wel als ‘magiers’ vertaald, maar dat moet volgens Los onzin zijn: ze bedoelen Magyaren.(Hongaren)

Sluizen Workum

Tijdrekening aangepast, en plots klopt er veel meer
Het Oera Linda Boek noemt naast de Magyaren ook de indringing van de Fin-Oegrische (steppe)volken, die Finland en Zuid Zweden (Schonland in Oera Linda genoemd) bezetten. En zo komt Los tot een tijdrekening, waardoor dit gedeelte van de Oera Linda goed aansluit bij de historisch bekende realiteit.

Bedenk immers, dat de Hongaren en Finnen de zelfde taalsoort delen, het klinkt een beetje als kalkoengeklok dat Fins. En zo komt Frans Los tot de volgende tijdrekening in de Oera Linda, die overeen kan stemmen met bekende historie:

375: de Hunnen dringen Europa binnen, en laten het Oost-Gotische Rijk ten onder gaan
375/400 Finno-Oegrische volken verwoveren Filand en Zuid Zweden.
409: de Magyarenvorst verovert Denemarken, waar dus broeders wonen van de Friezen.
411: Moord op de Friese volksmoeder Frana. De Magy worden in een zeeslag bij Medemblik verslagen.
411/441: Toenemende bedreiging Friesland door de Magyaren en Finnen.
412: Volksverzameling in Groningen, anarchie/verdeeldheid onder de Friezen

Goudplevieren (Wilsters) Workumerwaard

441: Adela treedt op in een volksverzameling, maar er wordt geen nieuwe volksmoeder gekozen.
444: Moord op Adela door een Magyarische ruiter, en op haar zoon Adelborst. Apol bouwt in Zuid Zweden de Lindasburg.
445; Appolonia (Friezin van adel) rist langs de Rijn, en bezoekt paaldorpbewoners (Marzaten) in Zwitserland. Moord op haar vader, de Magyarn worden heerser over de Friezen dankzij hun innerlijke verdeeldheid. Attila de Hun wordt de ‘Khan’ (heerser)
450/451: Een grote overstroming vernietigt in Friesland alle ringburchten (dus van zowel Stavoren als Medemblik), behalve die van Texel. Bossen worden weggespoeld. De Middelzee ontstaat. Leeuwarden (Liudwerd) wordt gevestigd. Na het sterven van Atillah verdwijnen de Magyaren/Hunnen weer

Zicht op Blauwhuis

En zo is er dus nog veel meer aardigs te ontdekken in dit omstreden en mysterieuze manuscript over de Friese oertijd. De liefhebbers van mijn fotografie kwamen afgelopen week te kort. Dus hopen we die omissie met deze weekserie van ons prachtige Friesland weer goed te maken.

Wij gaan nu even Fries nationalistisch feest vieren. Leaver Dea as Slaef!

One Reply to “‘Friezen kwamen van Atlantis’…”

  1. Schitterend. Impliciet verklaart het ook , waarom we veengrond hebben en waar.

    Na inderdaad een zee spiegelstijging is er heel veel “zoek”, evenals verzonken tempels in andere delen van de wereld.

    Merk op, dat het aanhouden van het vuur, zowel een letterlijke betekenis heeft, dan is er atijd een plaats om vuur te halen, anders moet je zelf vuur slaan, maar ook dat het om innerlijk vuur gaat. Het Licht. Fijn, dat Robert Segher, DE ARCHEOLOOG hebt gevonden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *