‘De Weg is smal die naar Het Leven leidt’… (Mattheus 7)

Doodlopende weg, zelfs hier groeit leven op

Op de zondag geen profane boodschappen. Dan lezen we uit De Heilige Schrift, Het Boek zonder welk er geen Westerse beschaving was geweest. We be-eindigen vandaag de Bergrede-cyclus uit Mattheus met Mattheus 7, waarin het beroemde ‘smalle pad’ wordt gepresenteerd dat naar het echte leven met God zou leiden, als contrast met de brede weg die tot verderf leidt. Volgens Jezus zijn er maar weinig mensen die deze weg vinden.

Long Man van Sussex met landweggetje

Kritisch op jezelf kunnen zijn…
Het eerste gedeelte van Mattheus 7 hadden we afgelopen maand al besproken, omdat hier een aantal staande uitdrukkingen in voorkomen die beroemd zijn. Zoals ‘paarlen voor de zwijnen werpen’, dat je geen moeite moet doen voor mensen die toch niet voor je open staan. En ‘de balk (in het eigen oog) en de splinter in andermans oog’, over de menselijke neiging om de fouten van anderen eerder op te merken dan die van jezelf.

Van Jezus heeft de Westerse cultuur een gezonde vorm van zelfkritisch zijn ge-erfd, het zondenbesef, jezelf juist kunnen wantrouwen, je ingevingen en gedachten. In het post-christelijke Westen ligt de nadruk op zelfprofilering en egoversterking. Hoewel, je kunt Jezus ook van een groot ego beschuldigen als Hij zegt ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven.’ Was Hij maar een profeet, dan is die beroemde uitspraak ijdele grootspraak.

Een gezond mens naar Bijbelse maatstaven is een ethisch handelend mens. Iemand die oprecht naar God zoekt, die door Jezus ‘De Vader’ genoemd wordt. Wijs dus niet eerst ‘de omstandigheden’ aan als oorzaak of ‘het systeem’ of ‘de planning’, alsof natuurverschijnselen je gebrek aan ethisch handelen verklaren. Je bent altijd eerst zelf verantwoordelijk.

De spoorwegovergang

Bidden helpt
Mattheus 7 vervolgt met het idee, dat je krijgt waarvoor je bidt. Mits je leeft volgens de Gouden Regel (behandel een ander, zoals je wilt dat anderen je behandelen) die volgens Jezus de Wet en de profeten samenvat:

Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.

Of is er iemand onder u die zijn zoon een steen zal geven, als hij om brood vraagt? Of als hij hem om een vis vraagt, zal hij hem een slang geven?

Als u, die slecht bent, uw kinderen dan goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen is, goede gaven geven aan hen die tot Hem bidden.
Alles dan wat u wilt dat de mensen u doen, doet u hun ook zo, want dat is de Wet en de Profeten.

Wie heeft die ervaring met gebed? Wij hebben hier in De Abdij regelmatig voor mensen en hun gezondheid gebeden, en zij werden genezen. Maar het hoeft niet altijd te werken… Hoe dan ook, gebed is altijd goed. Het idee dat je zonder God niks voorstelt, behalve een ijdel strevend wezen op weg naar het graf, dat bevalt wel.

Je komt die levensopvatting- een zekere wereldverzaking- ook tegen bij Thomas A Kempis in ‘De Navolging van Christus’, representant van de Moderne Devotie. (15de eeuw) Die verwijst dan naar Paulus zijn brief aan de Filipenzen (1:23):

Want ik word door deze twee gedrongen: ik heb de begeerte om heen te gaan en bij Christus te zijn, want dat is verreweg het beste,maar in het vlees te blijven is noodzakelijker voor u.

De weg die de Christenunie gaat

Rauwe eerlijkheid
Die levensopvatting heeft een rauwe eerlijkheid, zonder dat je in nihilisme hoeft te vervallen. Een zekere doodsdrift die mensen kunnen hebben, door Freud de Thanatos genoemd, buig je zo om in iets constructiefs, het godsverlangen. Een positieve melancholie, waarvoor je ook niet hoeft te schamen. Dat schaamtegevoel komt juist voort uit de moderne levensopvatting van de meritocratie (merites, verdiensten bepalen je geluk), dat je neerslachtige gevoelens en levensopvatting te danken zijn aan een gebrek aan prestaties.

Omdat prestaties je status bepalen en je status je ‘geluksgevoel’. De meritocratische opvatting dat het gebed enkel wat steunzoekerij is, die voldoet dus niet. Je komt tot geloof omdat je juist jezelf NIET voor de gek wilt houden, maar omdat je enkel het Echte zoekt. Dat de keuze voor zo’n levenswijze moeite kost, stelt Jezus in de vervolgpassage:

Ga binnen door de nauwe poort, want wijd is de poort en breed is de weg die naar het verderf leidt, en velen zijn er die daardoor naar binnen gaan;
maar de poort is nauw en de weg is smal die naar het leven leidt, en weinigen zijn er die hem vinden.

Het klooster is al eeuwen weg, de weg is er nog naar vernoemd tussen Hartwerd en Burgwerd

De Hemel is er niet voor iedereen
De opvolgende passages zijn al even bekende klassiekers, dat je aan de vruchten de boom herkent bijvoorbeeld, en dat je aan hoe iemand doet herkent wie hij is:

Maar wees op uw hoede voor de valse profeten, die in schapenvacht naar u toe komen maar van binnen roofzuchtige wolven zijn. Aan hun vruchten zult u hen herkennen. Men plukt toch geen druif van doornstruiken of vijgen van distels?

Zo brengt iedere goede boom goede vruchten voort en een slechte boom brengt slechte vruchten voort. Een goede boom kan geen slechte vruchten voortbrengen en een slechte boom kan geen goede vruchten voortbrengen. Iedere boom die geen goede vrucht voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen. Zo zult u hen dus aan hun vruchten herkennen.

Zo kunnen mensen die zich ‘christen’ noemen je het ergste pijn doen, of juist het meest huichelachtig zijn (denk aan de Christen Unie), terwijl mensen die zich niet zo noemen door de oprechtheid van hun hart en karakter dichter bij Jezus staan. Voor namaak heeft Jezus geen ruimte:

Niet ieder die tegen Mij zegt: Heere, Heere, zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar wie de wil doet van Mijn Vader, Die in de hemelen is.
Velen zullen op die dag tegen Mij zeggen: Heere, Heere, hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd, en in Uw Naam demonen uitgedreven, en in Uw Naam veel krachten gedaan?

Dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend; ga weg van Mij, u die de wetteloosheid werkt!

De weg naar Kap Arkona met oude linden

Bouwen op een rots
De Heiland was niet ‘inclusief’, om een moderne kreet te gebruiken, maar exclusief. Die opstelling benadrukt Hij nog eens in de afsluiting, met de al even beroemde passage van de mens die zijn (geestes)huis op een rots bouwt. Niet voor niets werd Petrus ( = Rots) de discipel waarop de Kerk zich zou funderen als ‘sleuteldrager van christus’ :

Daarom, ieder die deze woorden van Mij hoort en ze doet, die zal Ik vergelijken met een verstandig man, die zijn huis op de rots gebouwd heeft; en de slagregen viel neer en de waterstromen kwamen en de winden waaiden en stortten zich op dat huis, maar het stortte niet in, want het was op de rots gefundeerd.

En ieder die deze woorden van Mij hoort en ze niet doet, zal met een dwaze man vergeleken worden, die zijn huis op zand gebouwd heeft; en de slagregen viel neer en de waterstromen kwamen en de winden waaiden en sloegen tegen dat huis, en het stortte in en zijn val was groot.

De antieke Statenbijbel, voortaan Iedere Zondag

Oftewel, wie de waarheid kent maar doet alsof zijn neus bloedt, die komt daar niet mee weg in Jezus zijn levensopvatting. De Bijbel vermeldt vervolgens expliciet dat zijn toehoorders diep onder de indruk waren van Jezus zijn inzichten;

Toen Jezus deze woorden had geëindigd, gebeurde het dat de menigte versteld stond van Zijn onderricht, want Hij onderwees hen als gezaghebbende en niet zoals de schriftgeleerden.

De Pier van IJmuiden bij storm; als je er opstaat spoelt de zee je zo weg

Conclusie Bergrede
Een beetje sociaal prestige helpt de acceptatie bij de menigte. Dan nog, Jezus was nog maar een broekje van 33 toen hij deze woorden ventileerde, die door de Evangelist werden opgetekend. Het meest grootse aan Jezus kan niet deze leer zijn uit de Bergrede. Want de Gouden Regel kon iedereen wel bedenken, ‘behandel een ander als jezelf.’

Wie zo jong sterft als Jezus, heeft minder de tijd gehad zichzelf op ethisch vlak te bewijzen.

De overleving van Jezus zijn onderricht door twee millennia heen, ligt vooral in zijn heldendood, naast de (geneeskrachtige) wonderen die aan Jezus werden toegedicht. Dat iemand die een radicale ethiek predikt voor geestelijke gezondheid ook lichamelijke gezondheid kon brengen. Als twee kanten van de zelfde medaille.

Zonder kruisiging en opstanding geen Christus, Gezalfde Koning. Sociaal prestige dus, dat mensen je doet volgen, en je uitspraken doet overwegen.  Dat prestige volgt uit het Bijbelse idee, dat de profeten je komst hadden voorspeld als redder van de mensheid, via de weg van zelfopoffering. Een Zoon die tot de Vader komt via overwonnen lijden. Waardoor het christendom een godsbeeld kent van Vader, iemand die zijn Zoon zendt als (miskend) zoenoffer.

Zonder dat prestige hadden we nu geen Bergrede gelezen. Want dat je een ander geen kwaad moet doen, en dat leven moeilijk kan zijn wist iedereen al lang. Heb een goede zondag.

One Reply to “‘De Weg is smal die naar Het Leven leidt’… (Mattheus 7)”

  1. De foto van de “Weg van ongenade” roept herinneringen bij me op uit mijn loopbaan als coureur, op Zandvoort moest ik door de “Bocht de zuchten”
    Mat. 7:21 komt overeen met: “It is mei sizzen net te dwaan”.
    Dat was van Adje Lambertsz een koopman uit Kollum. (1521-1594)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *