Zelfs het Fries Museum staat nu onder directie van een Belg…

Die werden door de Friezen te grazen genomen

We bezochten de expositie ‘Vrijheid, Vetes en Vagevuur’ in het Fries Museum, over de legendarische periode van de ‘Friese Vrijheid’ uit de hoge Middeleeuwen. Dat is het hoogtepunt uit de Friese historie, die in het nadeel van de Friezen kelderde toen Albrecht van Saksen ons in 1498 knechtte.

Daarom stopt mijn Meisterwerk ‘Liever dood dan Slaaf’, een pelgrimstocht door de Friese Natuur op zoek naar Vrijheid’ ook bij de adoptie van de Reformatie. (1580) Daarna rest ons vooral neergang en nostalgie, als object van toerisme en gesubsidieerde taalfolklore. Nu waakt er zelfs een Belg – Chris Callens- over het huis van de Friese historie.

Het boek met schutbladen van historisch Frisia

Once were Warriors
Alles dat je nu nog als ‘typisch Fries’ herkent, de machtige kloostermopkerkjes met zadeldak op een terp, in een groene zee van weides op de klei, dat stamt uit die glorietijd. We waren katholieker dan de Paus zelf, en tegelijk vrijgevochten guerillakrijgers, loyaal aan de clans die plaatselijk de dienst uitmaakten. Met enkel een vervalst ‘Karelsprivilege’, dat de Friezen uit hun duim hadden gezogen konden we beweren dat we alleen de verre Keizer in Aken trouw verschuldigd waren.

Maar verder geen bisschoppen en grafen, die bij ons belastingen konden heffen. Dat verhaal circuleerde zo sterk onder de Friezen, dat op een gegeven moment de opvolgende keizers dat Friese privilege ook erkenden. Een unieke positie in Europa, zo kon je ons volk omschrijven. We werden nog door Dante geroemd om onze grote gestaltes in zijn Divina Commedia.

Op het hoogtepunt van onze Vrijheid was Tota Frisia, Magna Frisia zo groot, dat er van West Friesland tot Denemarken een vorm van Fries werd gesproken. De grootste abdijen van Noordwest Europa ontstonden op Fries grondgebied, Klaarkamp en Aduard, beide zowel landbouwkundige centra als intellectuele een spirituele centra.

De bewapening van Friese krijgers. Onderin de Kletsies. Vreemd dat ze de schedel van een mens uitstallen…

We waren zeevarende handelaren, Friese munten zijn tot op IJsland en in Rusland gevonden. Maar we raakten rond 1285 West Friesland al kwijt aan de Graaf van Holland. Die entiteit Holland, die in de elfde eeuw pas opkwam in het gebied dat voorheen gewoon West Frisia heette, waarschijnlijk ontsproten aan de oevers van de Oude Rijn bij Leiden.

We sloegen de aanval van de Graaf van Holland en de Heren van Montfoort nog genadeloos af, in de Slag bij Warns (1345). Die Heren van Montfoort sneuvelden alle vier, dankzij een guerillaleger, gewapend met ondermeer Kletsies. Dat zijn een soort polstok-speren waarmee je zowel kunt slootje springen als steken.

Het hoogtepunt was tegelijk ook het begin van de neergang, tot onderlinge twisten ons in chaos brachten, zoals de eeuwige strijd tussen ‘Vetkopers’ en Schieringers’…

Toen we eenmaal ‘provincie’ werden gemaakt, is alles dat glorierijk was verwoest. De provincie kreeg een Leeuw als wapen, terwijl de Groninger Ommelanden nog de Pompebleden voerden. Die pompebleden werden pas weer in de jaren ’50 van vorige eeuw onze vlag.

De ratten beelden de komst van de Zwarte Dood uit, leuk gevonden

Is het museum zelf het onderwerp of het onderwerp
Wanneer je dankzij je research al veel weet over de Friese Historie, hoop je kortom iets nieuws te leren van een expositie over die periode. Immers, als er academici aan hebben gewerkt, dan moeten die -met de rijke collectie waarover het musem beschikt -toch wonderlijke nieuwtjes uit onze oudheid kunnen vissen. Dat je allerlei ‘datwistiknietjes’ tegenkomt, nieuwe feitjes, weetjes.

Maar helaas. Dat de Friese guerilla’s met hun Kletsies niet opgewassen bleken tegen de professionele huurlingenlegers van het centraal gezag, dat is een plausibele theorie. Een soort open deur, wanneer een boer zonder harnas met enkel een schep, het niet kan opnemen tegen een tot de tanden bewapende Kungfu-krijger. Dat zou zomaar eens kunnen…

Die theorie wordt verder niet uitgewerkt. En zo gaat dat steeds. Ze poneren iets, en verlaten dan weer het onderwerp. Op naar de volgende luchtige ruimtelijkheid.

Nou vooruit, de naam ‘Kletsie’ was ik niet eerder tegengekomen. De zwarte ratten op de muur geprojecteerd, ook een leuke vondst wanneer je de impact van de Pest in de veertiende eeuw wilt uitbeelden. Toen sneuvelde een derde van de Europese populatie, ook in Friesland kwam de zwarte dood in de Abdijen langs.

Moderne bewapening en huurlegers maken einde aan Friese Vrijheid

De expositie is nogal luchtig en over-ruimtelijk opgezet, zoals het gehele Fries Museum. Alsof niet de attributen- hoeveel van de Friese geschiedenis ligt nu ergens weg te stoffen in depots?- maar het museum zelf het onderwerp van de tentoonstelling moet zijn. L art pour l’artiste.

Dat gevoel bekruipt je helemaal, wanneer je onbevredigd door de hoofdtentoonstellig wilt kijken ‘zo, wat is er nog meer van onze historie te zien?’ Dan blijkt die geschiedenis wat hapsnap door elkaar gegooid, met daartussen ook vele lege vitrines, in ijle ruimtes en een verwarrende volgorde. In mijn jeugd was dat nog anders, ik kan me nog de benen schaatsen herinneren en de Romeinse munten.

Nu verlaat je iedere nagenoeg lege ruimte met het liedje van Doe Maar in je hoofd: Is dit alles, wat er is…

Na de Reformatie restten nog de puinhopen van oude glorie

Een Belg baas maken over je cultuur
De nieuwe museumdirecteur is een Belg met zo’n urbane hoornbril op. Dus een links-liberale buitenlander die over de Friese cultuur waakt. Terwijl een andere Belg al de belangrijkste Friese krant in handen heeft. Dat is nogal aan de globalistisch-loyalistische berichtgeving te zien.

Zo is de staat van de Friese cultuur. Dat je voor je eigen museum van je eigen historie niet een Fries kunt/wilt vinden. Terwijl je in de Harmonie in Leeuwarden op de plee al moet lezen ‘Dare to be different’. In de taal van het postmodern globalisme.

Alsof ik bij het kleien plots iemand anders wil zijn. Waarom niet ‘doch mar gewoan…’ Terwijl de ouderwetse Bibliotheek is ingenomen door ‘Groningen Joenivursitiekempus‘. Adding insult to injury, omdat we ook de Friesland Bank al kwijtraakten aan de Rabobank omdat De Nederlandse Bank de Friesland bank weigerde te hulp te komen.

Terwijl DNB wel ABN Amro, ING en ASR met miljarden staatssteun volpompte.

Tot overmaat van ramp heeft het Fries Museum ook nog een expositie van een Kleren van de Keizer-Maker (‘moderne kunstenaar’) uit Kosovo. En dat voorzien van regenboogvlag, van de walgelijke, verachtelijke en leugenachtige Woke-maffia, iets dat wij Vrije Friezen liever met wortel en tak uit ons midden uitroeien.

Die expositie met vluchtig in elkaar geknutselde rotzooi voor de vuilnisman, installaties noemen die nepkunstenaars dat, neemt een hele verdieping in beslag. Vooral met lege ruimtes. Wat moet de boodschap dan zijn die je wilt uitdragen? Kijk ons eens een open geest hebben? Neem dan Alma Tadema, die Fries-Britse fijnschilder kon tenminste echt wat. Bijna alle moderne kunstenaars zijn leugenachtige losers die enkel wat pretentieuze lelijkheid uitkosten, als uiting van de leegte van hun geest.

Eindelijk heb ik ‘m live gezien, de Fibula van Wijnaldum, zevende eeuw,toen Frisia nog rijkte van Zuid Holland tot Denemarken. Prachtig vakmanschap

Bij de expositie van Tadema zijn werk, kwam de hele wereld opdraven naar het Fries Museum. Omdat dit tijdloos mooi blijft.

Sommige mensen noemen zich zo ‘openminded’ omdat hun hele geest is leeggelopen. Of omdat er domweg niets van substantie in zat. Als ze bij zo’n subsidie-instelling in het Museumcafe dan ook nog ZES EURO vragen voor 1 biertje, van Grutte Pier. ZES Euro. Dan haak je af.

Mijn eigen Ophelia, dankzij haar ken ik de Friese grootheid Alma Tadema, een schilder verwant aan de pre-Rafaelieten

Conclusie, aan het Fries Museum is te weinig Echt Fries meer zoals ik dat definieerde en portretteerde in mijn Meisterwerk. Je kunt dat bestellen via www.lieverdooddanslaaf.com

 Bijna dreigde ik dat boek kado te doen aan de directeur. Maar toen ik hem met een stel pretentieuze linksmensen neplachend zag zitten in een glazen foyer, terwijl hij ons beneden had laten weten er ‘niet te zijn’, toen dacht ik: Sterf er maar in met die gevaccineerde salonsocialisten/liberalen van je. De Echte Vrije Friezen hadden die Woke-maffia gewoon keihard te grazen genomen.

Maar die Friezen- fan bugjen Frjemd- zijn bijna met uitsterven bedreigd geraakt, als zeldzame menssoort op de Rode Lijst.

6 Replies to “Zelfs het Fries Museum staat nu onder directie van een Belg…”

  1. Vaak haak ik bij je af door de gristelijke knietjes die je pleegt uit te delen en soms neerbuigende toon in je gebezigde teksten. Ben het nu grotendeels met je eens. Zal wel met het ouder worden te maken hebben. Eens temeer blijkt uit de expositie de verderfelijke invloed van (christen)baasjes in Friesland en andere uithoeken van deze wereld, die in naam van de heer de onwetendheid van de onder hen gestelden gruwelijk misbruikten en nog steeds misbruiken, dreigen met hel en verdoemenis. En het is helaas niet veel beter geworden. Andere tijden, andere namen, zelfde principes. Ik verwijs in dit geval ook graag op de bijdrage Geloofsverkondiging van Leonardo da Gioella op Climategate van vandaag. Wellicht ten overvloede – je zult wel één van de eerste lezers zijn geweest. Dat wie it.

  2. Ik ben een groot liefhebber van de schilderijen en tekeningen van Jan Mankes, die volgens wikipedola, zijn beste werk maakte toen hij woonachtig was in Friesland en die getrouwd zou zijn geweest met de eerste vrouwelijke predikante in Nederland.
    Zijn werk heeft een verstilling en verdieping die me doet denken aan iconen.

    Uit persoonlijke overwegingen ben ik toch nieuwsgierig naar de naam en het werk van
    ‘kosovaarse kunstenaar’

    1. Ik heb inmiddels gekeken op de website van het museum.
      De boodschap die uitgedragen wordt, is politieke desinformatie en revisionisme.
      De neolithische cultuur in die regio is de vinca cultuur, de Albanese taal bestaat pas zo’n 100 jaar en is een productie van Engelse en ook Nederlandse imperialisten in hun genocidale strijd tegen de Serviërs.
      Dit kan men oa zien aan het feit dat het Albanees geen woorden heeft voor diverse onderdelen van schepen terwijl het ‘land’ wel aan zee is gelegen.

      1. Wat betreft de herkomst van de directeur is het interessant om te weten dat de Antwerpse sex-industrie en handel indertijd volledig in handen van de Albanezen is gekomen.
        Dit was één van de redenen dat Rutte&co Albanië niet bij de EU wilden hebben.
        Dit doet mij ook denken aan een VN rapport over Kosovo dat in een afgesloten la is beland.
        Daarin werd oa gesproken over de eerste EU gouverneur van Kosovo, die bij terugkeer naar Duitsland trouwde met een net 18 jaar geworden Albanese.

      2. Nederlandse imperialisten moet waarschijnlijk ‘Hollanders’ zijn. Nederland is immers een Hollands imperium in het klein. Volgens mij is de ‘gemiddelde Nederlander’ helemaal geen imperialist, maar de Hollander is dat nog steeds, beginnende in hun ‘eigen’ Nederland.

  3. Een van over de hele wereld gehaalde verzameling van Alma Tadema’s werk heb ik een aantal jaren geleden gezien in het Leeuwarder museum. Mensen kwamen vanuit heel Nederland de schilderijen aanschouwen. Het was er zo druk dat je weken van de voren kaarten moest bestellen en in een voorgeschreven tijdsblok kon komen kijken. Veel van zijn schilderen zijn gebruikt voor het vinden van de juiste kleding wanneer men in Hollywood bijvoorbeeld een film over het oude Egypte of zo wilde maken.

    Een andere Friese kunstenaar hebben we niet eens kunnen bezoeken zo druk was het daar tot in de verlenging van de expositie toe. Jammer, M.C. Escher zal ik later nog eens moeten gaan bekijken. Tot de tijd moeten we het maar doen met het Jopie Huisman museum. Ook zeer de moeite waard.

    Tegen beter weten in nog steeds hopende dat onze provinciale ‘kletsies’ ons museum kunnen bewaren tegen nog meer politiek correct geneuzel van de ‘kletsies’ uit Den Haag.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *